Tijdens het schrijven van een bachelor- of masterproef zitten we allemaal wel al eens vast op die complexe bronvermelding. Hoe moet dat nu weer juist met die APA-regels? Je eindwerk heeft bloed, zweet en tranen gekost. Met een correcte bibliografie vermijd je dat dat wordt afgekeurd op verdenking van plagiaat. Daarom geven we je in dit artikel enkele onmisbare tips mee voor een juiste bronvermelding volgens de APA-stijl.
1. Bronvermelding in de tekst: citeren
Je kopieert best niet zomaar grote stukken tekst uit andermans werk. Als je dan toch iets letterlijk wil overnemen, zet die tekst dan tussen aanhalingstekens. Dat heet citeren en doe je door na het overgenomen stukje tekst de achternaam van de auteur, het publicatiejaar en het paginanummer te vermelden. Let erop dat je leesteken ná het sluiten van de aanhalingstekens komt.
- “Deze zin heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron” (achternaam, 2021, p.1).
- “Deze zin heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron, maar de auteur is onbekend waardoor ik de titel van de geciteerde bron moet gebruiken” (titel van de bron, 2021, p.1).
- “Deze zin heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron, maar de publicatiedatum is onbekend, met andere woorden, een bron zonder datum (z.d.)” (achternaam, z.d., p.1).
- “Deze zin heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron die werd geschreven door twee auteurs” (achternaam1 & achternaam2, 2021, p.1).
- Auteur X (achternaam, 2021) zegt dat “je ook op een narratieve manier kan citeren” (p.1).
- “Deze zin heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron die werd geschreven door drie of meer auteurs. Ik zal ná de achternaam van de eerste auteur ‘et al.’ gebruiken” (achternaam1 et al., 2021, p.1).
Opgelet:
Wanneer je een stuk tekst van meer dan 40 woorden letterlijk gebruikt, dan heet dat een blokcitaat en zal je leesteken vóór je bronvermelding komen.
“Deze zinnen heb ik letterlijk overgenomen uit een internetbron en bestaan uit meer dan 40 woorden. Wanneer je zo’n groot stuk tekst overneemt, moet je het leesteken voor de internetbron plaatsen. Let dus steeds goed op, er zijn altijd uitzonderingen op de algemene regels.” (achternaam, 2021, p.1)
2. Bronvermelding in de tekst: parafraseren
Naast stukken tekst citeren uit een andere bron, kan je ook gewoon het idee dat wordt omgeschreven in je eigen woorden uitdrukken. Dat heet parafraseren. Ook hierbij heb je een correcte bronvermelding nodig om plagiaat te vermijden. Bij een masterscriptie is parafrase bijvoorbeeld handig om te laten zien dat je snapt wat de auteur van de andere bron probeert uit te leggen.
Je zal bij een parafrase je bronnen in de tekst op dezelfde manier vermelden als bij een citaat. Wel komt het hier vaker voor dat je meerdere bronnen tegelijkertijd zal raadplegen voor één stukje tekst. Het is de bedoeling dat je die verschillende bronnen ook allemaal vermeldt. Dat doe je door de auteurs op alfabetische manier te rangschikken, telkens gescheiden van elkaar door een puntkomma.
- Deze tekst is opgesteld uit informatie die ik uit meerdere bronnen heb gehaald. Het is dan ook een stukje tekst dat mogelijks enkele zinnen lang is. Let op dat je geen hele alinea neerschrijft alvorens voor een eerste keer je bronnen te vermelden (auteur x, 2021; auteur y, 2021; auteur z, 2021).
- Volgens auteur x, auteur y en auteur z (2021x; 2021y; 2021z) is deze paragraaf opgesteld uit informatie afkomstig uit meerdere bronnen. Let op dat je geen hele alinea neerschrijft alvorens voor een eerste keer hun namen te vermelden.
3. Volledige bronvermelding: de bibliografie of bronnenlijst
Een volledige bronnenlijst opstellen kan heel eenvoudig met de hulp van tools zoals Word. Bij het tabblad Verwijzingen zal je “bronvermelding invoegen” terugvinden, waar je één voor één de details van een gebruikte bron moet intypen. Achteraf klik je op “ok” en dan zal je volledige bronnenlijst op de geselecteerde plaats in je document verschijnen. Uiteraard kan je een bibliografie ook gewoon handmatig invullen. Wij geven je enkele veelvoorkomende regels mee: verwijzingen naar online boeken, krantenartikels, websites en academische tijdschriften.
- Rangschik je bronnen altijd alfabetisch en lijn de eerste regel uit.
- Standaardregel voor elke verwijzing
Je start elke bronvermelding in je literatuurlijst of bibliografie met de achternaam van de auteur, gevolgd door zijn/haar initialen, het publicatiejaartal en de titel van het boek, het krantenartikel, de website of het tijdschrift.
3.1 Boeken
Vermeld het nummer van de editie, publicatieplaats en tot slot de link (URL of DOI) wanneer je verwijst naar de online versie van een boek.
Achternaam, V. (2021). Hoe maak je een volledige literatuurlijst of bibliografie? (2de ed.). Locatie. https://naamwebsite.be
3.2 Krantenartikel
Noteer de naam van de krant, gevolgd door de URL indien je het artikel online raadpleegde.
Achternaam, V. (2021, 28 mei). Dit is de titel van het krantenartikel. Dit is de naam van de krant. https://naamwebsite.be
3.3 Website
Wanneer je een website raadpleegt, voeg je ook de exacte en volledige datum van raadpleging toe, gevolgd door de URL van de website.
Achternaam, V. (2019). Titel website. Geraadpleegd op 28 mei 2021 via https://naamwebsite.be
3.4 Artikel uit academisch tijdschrift
Noteer de naam van het tijdschrift, volume, uitgave, paginabereik en tot slot de link (URL of DOI) wanneer je verwijst naar de online versie van een tijdschrift.
Achternaam, V. (2021). Hoe maak je een volledige literatuurlijst of bibliografie?. Dit is de naam van het tijdschrift, volume(uitgave), paginabereik. https://naamwebsite.be
Wanneer je nog maar net begint aan je bachelor- of masterproef, bekijk dan zeker ook eens ons artikel met tips&tricks voor het schrijven van een scriptie. Of zit je momenteel met de handen in het haar en heb je nood aan wat extra hulp? Bij BijlesHuis kun je terecht voor kwalitatieve thesisbegeleiding, zodat jouw thesis de kers op de taart wordt van je masteropleiding.
Laat hieronder je gegevens achter en blijf zo op de hoogte van onze nieuwste artikels! Je ontvangt verder geen reclame of andere e-mails.
